Zeefdruk. 1/70. 1977. Afmetingen afbeelding ca 57*79 cm, lijst ca 90*112 cm. Gesign. l.o. in potlood (Appel).
Terug naar overzicht aanbod
Biografie
Appel gaat in 1942 studeren aan de Rijksacademie in Amsterdam. Daar raakt hij bevriend raakt met de Belg Corneille Beverloo. De naam van Appel is onlosmakelijk verbonden met de Cobra groep die in november 1948 in Parijs wordt opgericht. November 1951 valt de groep weer uit elkaar. Alhoewel de leden van Cobra formalisme en stilering afwijzen, zien we toch een gezamenlijke taal ontstaan, die zich ook na 1951 verder ontwikkelt. Het werk van Cobra wordt omschreven als (de tweede golf van) primitief expressionisme (Willemijn Stokvis). Appel zelf schrijft dat hij beïnvloed is door Picasso en dat hij meerdere kunststijlen in zijn werk belichaamd ziet. Appel provoceert bewust met zijn kunst en ziet zichzelf ook duidelijk als een avant-garde kunstenaar. Hij wekt in zijn schilderijen de illusie van naïviteit op en kinderlijkheid (maar werkt erg hard om naïef en “kinderlijk” te kunnen schilderen). Hij kan zich vinden in het deel van het manifest van Christiaan Dotremont, een van de grondleggers van Cobra waarin “steriele en dogmatische theorie” wordt afgewezen.
Appel richt zich steeds meer op kunst vanuit het onderbewuste. Hij kan in de jaren zestig geen aansluiting vinden bij de dan nieuw opkomende kunststromingen; eerst Pop-Art, dan conceptuele kunst. In het midden van de jaren zeventig begint Appel weer volgens geheel eigen stijl te werken.